De Dienst Voorafgaande Beslissingen heeft onlangs het licht op groen gezet voor de verplaatsing van de maatschappelijke zetel van een Luxemburgse SICAV SIF naar België. Deze herstructureringsoperatie sluit aan bij de wens van de Belgische regering om de repatriëring van juridische constructies naar België aan te moedigen...
De Kaaimantaks werd eind vorig jaar ingrijpend hervormd. Het toepassingsgebied werd uitgebreid naar meer juridische constructies die in het buitenland gevestigd zijn, in het bijzonder de beroemde ‘fonds dédiés’. Als gevolg hiervan zijn Belgische leden van eenzelfde familie die meer dan 50% bezitten van een instelling voor collectieve belegging (ICB) of een compartiemnt van een ICB, nu onderworpen aan de Kaaimantaks. Het maakt niet uit of 49% van de aandelen in de ICB (of in het compartiment) in handen zijn van derden.
Dit is een grote verandering in vergelijking met de situatie van vóór 1 januari 2024, toen algemeen werd aanvaard dat beleggingsfondsen die gevestigd zijn in de Europese Economische Ruimte vrijgesteld waren van de kwalificatie als “juridische constructie” – en dus van Kaaimantaks – van zodra een kleine participatie in handen was van een derde die geen familie was.
Een vader en zijn drie kinderen (Belgische inwoners) bezitten 51% van de aandelen in een compartiment van een Luxemburgse SICAV SIF, die een portefeuille van beursgenoteerde aandelen en obligaties bezit. Ze zullen allemaal worden beschouwd als ‘oprichters’ van een ‘juridische constructie’, met alle gevolgen van dien. Ten eerste zullen ze transparant worden belast op de financiële inkomsten van de SICAV SIF (dividenden en interesten, belastbaar tegen het PB-tarief van 30%). Ten tweede worden ze onderworpen aan een relatief zware aangifteverplichting: een hele hoop aan informatie over het specifieke compartiment van de SICAV SIF zal moeten worden doorgegeven in een bijlage die bij de PB-aangifte moet worden gevoegd. Bovendien betekent alleen al de vermelding van het bestaan van een “juridische constructie” dat de belastingaangifte als “complex” wordt gekwalificeerd, wat leidt tot de toepassing van een onderzoeks- en aanslagtermijn van… 10 jaar. Ten slotte, als ze België verlaten, zullen ze waarschijnlijk in aanraking komen met de nieuwe “exit taks” – die ik beschreef in een vorige carte blanche (zie : https://www.lecho.be/opinions/general/reforme-de-la-taxe-caiman-les-candidats-a-l-exil-dans-le-viseur/10501063.html).
Het is niet verrassend dat veel Belgische beleggers in dit type fonds dédié al initiatieven hebben genomen. Sommigen vragen de terugkoop van hun aandelen in het fonds dédié of, in sommige gevallen, de vereffening ervan. Anderen kiezen voor een minder radicale oplossing en verplaatsen de zetel van het fonds naar België. Zo heeft de Dienst Voorafgaande Beslissingen (DVB) zich in een ruling gepubliceerd op 11 juli 2024 (nr. 2024.0320) uitgesproken over de verplaatsing van de maatschappelijke zetel van een Luxemburgse SICAV SIF naar België (met juridische en boekhoudkundige continuïteit) in de loop van 2024, gevolgd door de omzetting in een Belgische BEVEK. De fiscale voordelen van de reorganisatie liggen voor de hand: aangezien Belgische BEVEK’s (zelfs dédiés) niet worden gekwalificeerd als “juridische constructies”, worden de hierboven beschreven valkuilen in principe vermeden!
Er valt veel te leren uit deze voorafgaande beslissing. De DVB bevestigt dat de verplaatsing van de maatschappelijke zetel van een “juridische constructie” (in dit geval een Luxemburgse SICAV) naar België geen aanleiding geeft tot een fictieve dividenduitkering. De DVB wijst er in dit verband op dat de belastingwetgeving wel voorziet in een (fictieve) belastingheffing op dividenden van de reserves van juridische constructies bij de verplaatsing van hun maatschappelijke zetel … tenzij de eindbestemming België is! Door de maatschappelijke zetel van de SICAV SIF naar België te verplaatsen (en deze tegelijkertijd om te zetten in een Belgische BEVEK), hebben de belastingplichtigen eenvoudigweg gehoor gegeven aan de wens van de Belgische regering om de verplaatsing van juridische constructies en hun activa naar België aan te moedigen.
De kers op de taart is dat als de SICAV SIF “dédié” is op het ogenblik van de zetelverplaatsing (of voor een van de drie voorafgaande belastbare tijdperken), toekomstige uitkeringen (gedaan door de Belgische BEVEK) vrijgesteld kunnen worden van belasting, voor zover ze afkomstig zijn van reserves die al onderworpen zijn geweest aan Kaaimantaks.
De immigratie van legale constructies is in trek. Deze trend zal de komende maanden alleen maar toenemen…
Denis-Emmanuel Philippe